Woonkamer

"De woonkamer is van iedereen. Van je vader en je moeder. 

Van je oom en tante als ze op bezoek komen. 

Van je broertje en je zusje. 

Van jou natuurlijk.

Van de poes en de hond niet te vergeten.

Maar het allermeest is de woonkamer natuurlijk van de tafel en de stoelen.

Van de kast en van de lamp. Van de bank, van het bureau,

van het kleine tafeltje bij het raam. Dat had je niet gedacht hè?

Stel je eens voor, die meubels staan daar maar te staan. Dag in dag uit

tot ze er helemaal tureluurs van worden.

Misschien moet je ze daarom maar even aaien.

Dat vinden ze vast fijn. En als er een laagje stof op ligt dan schrijf je voorzichtig

je naam erin: Naomi was hier.

Maar pas op, niet kietelen, daar kunnen meubels niet goed tegen.

Straks zakken ze nog door hun pootjes. 

En dan heb jij het gedaan!"

fragment uit: "Mijn huis, jouw huis" Een uitgave van het joods-historisch museum Amsterdam, Met illustraties van Fiep Westendorp, verhaaltjes van Annie M.G Schmidt in 4 talen (Hebreeuws, Arabisch, Nederlands en Engels)